VERENIGDE ARABISCHE EMIRATEN 1: Sharjah, Dubai, Grens Oman


View Larger Map
VAE 1 = blauwe route


Ooit was er een tijd dat je voor de grootste, duurste en mooiste dingen naar New York ging, tegenwoordig ga je daarvoor naar de Emiraten!

In het algemeen:
De VAE bestaat uit zeven verschillende emiraten; Abu Dhabi, Dubai, Sharjah, Ajman, Ras al Khaymah, Umm Al Qaywayn en Fujayrah, die een tijdje geleden besloten om met elkaar een land te vormen. Elke emiraat heeft één of meerdere sjeiks aan de macht. Abu Dhabi is de hoofdstad en staat in het grootste en rijkste emiraat. De sjeik van Abu Dhabi is dus ook de president van de VAE en de sjeik van Dubai is de vice-president.
Als ik zeg dat Abu Dhabi rijk is, dan bedoel ik riekend, meurend, stinkend rijk! Echt belachelijk hoeveelheden geld worden hier over de balk gesmeten. Al het geld komt uiteraard van de olie export en door alle olieprijsstijgingen wereldwijd, is het DAG inkomen van de sjeik van Abu Dhabi maar liefst 200 miljoen US-dollar!! Je kan dus ook begrijpen dat ze hier van gekkigheid niet weten wat ze met hun geld moeten doen. Niks is te gek. Het kan niet groot of duur genoeg. Van skibanen tot 7 sterren hotels (wist niet eens dat er 6 sterren hotels waren), ‘the sky is the limit’!
De (ooit) woestijngebieden van Abu Dhabi en Dubai zijn omgetoverd tot bruisende metropolen. Deze twee emiraten zijn ook continue met elkaar in strijd over wie de beste is. Als er een 7 sterren hotel in de ene emiraat wordt gebouwd (Burj al Arab, Dubai), dan doet de ander dat gelijk ook (Emirates Palace Hotel, Abu Dhabi). Dubai is nu bezig om de grootste wolkenkrabber ter wereld te bouwen, de Burj Dubai, die tussen de 800 en 900 meter hoog zal zijn. Er zijn echter nu al geruchten dat er plannen zijn om een gebouw van 1,6 kilometer (!) ergens in het Midden Oosten neer te zetten. Abu Dhabi misschien…? Je zou bijna gaan denken dat de mannen wat te compenseren hebben…
Dubai heeft een indoor skibaan; die van Abu Dhabi is momenteel onder constructie. En ga zo maar door. Dubai noemt zichzelf nu al de 8ste wereld wonder. Aan hun ego is duidelijk niks mis.

Hoe geweldig het hier ook is, (en het is geweldig), het is hier ook net zo afschuwelijk. Alles draait hier om geld en uiterlijke schijn. Het is onmogelijk om hier geen geld uit te geven, dat gaat gewoon automatisch. Je wordt meegesleurd in de wereld van de commercie, of je wil of niet. Ik denk dat wij in de emiraten net zoveel geld er doorheen hebben gejaagd als tijdens de rest van de reis bij elkaar! Hoe het kan gebeuren; wij weten het niet. Het is alsof je geld uit zichzelf uit portemonnee wandelt, wat zeg ik?, uit je portemonnee sprint! Als je al je spaarcentjes uit wil geven, dan moet je een reis naar Dubai boeken, en dan waren onze overnachtingen nog gratis!

Alles wat je in dit land ziet is import. Van de mensen tot de natuur. Wat een verschil met Iran. Alles is hier aangeplant (het is immers een woestijn!) en de hoeveelheid water dat gebruikt wordt door alle sproei-installaties is fenomenaal. Het ergste nog is dat het hier zo warm is, dat 70% van het water dat uit de sproei-installaties komt, uit de fonteinen spuit en in de aangelegde meren wordt gepompt, regelrecht de lucht in verdwijnt door verdamping. En dat in een wereld waar er mensen zijn die een halve dag moeten lopen om water te halen. Nog krankzinniger is het feit dat de enige echte oase in dit land: Al Ain, aan het verdwijnen is, door de uitputting van zijn grondwater reservoir, voor…de nep oases! Hebben ze ergens echte planten, drogen ze het gebied uit!
Het grootste gedeelte van het drinkwater voorraad word uit de zee gehaald en ontzout. Een peperdure bedoeling, maar ach, geld zat.

De Arabieren van het land worden goed onderhouden door hun sjeiks. Veel evenementen zijn gratis omdat ze geld genoeg hebben . Zo worden er popsterren naar de VAE gehaald om gratis concerten voor het volk te geven; de sjeik trakteert. Elk weekend is hier wel iets te doen, zien of beleven. Het ging zelfs een tijdje zo ver, dat als bijvoorbeeld je moeder ziek zou zijn en alleen door die-en-die specialist in dat-en-dat land behandeld zou kunnen worden, je bij de sjeik kon aankloppen. Deze zou dan vervolgens de vlucht, operatie en alle accommodatie voor je hebben betaald. Hier is niet zo lang geleden een stokje voor gezet omdat er, warempel, toch wel heel veel moeders waren die opeens leden aan een zeer zeldzame, niet uit te spreken, zo goed als dodelijke aandoening die alleen in Amerika of Europa kon worden behandeld… De Arabieren zijn ook niet gek.

De expats in dit land hebben totaal geen rechten. Een expat is iedereen die hier niet oorspronkelijk vandaan komt, plus minus drie kwart van de bevolking dus. Als je als expat iets niet goed doet in dit land (en dat is een ruim begrip, niet altijd even duidelijk), dan kan je het beste zo snel mogelijk het land verlaten. Je wordt hier niet door de rechtbank gespaard, en als het gaat om jouw woord tegen dat van een Arabier, heeft de Arabier altijd gelijk. Dit vonden wij behoorlijk hypocriet, want dit land draait volledig en wordt volledig draaiende gehouden, door de kennis en manskracht van de expats. Er komt maar weinig kennis uit eigen land. Voor elk project dat hier wordt opgestart, worden er uit de hele wereld experts ingehuurd. Zo liggen de tekeningen al klaar om de grootste stalen brug ter wereld (hoe kan het ook anders) in Dubai te bouwen, de vraag alleen nu nog is of ze een bedrijf uit Amerika, Korea, Japan of Noorwegen moeten laten komen om hun ideetje uit te voeren. De kennis hiervoor hebben ze zelf niet in huis. Studeren is hier nu pas in opkomst. Tot op heden kregen de mensen van de sjeik een diploma. Het enige wat ze hiervoor hoefde te doen was aanwezig zijn bij een tentamen. Tegenwoordig begrijpen ze dat ze zichzelf hiermee in de vingers snijden en begingen goede opleidingen een belangrijke rol te spelen.

In onze ogen lijden veel van de lokale bevolking aan het verwend-nest syndroom, wat erg ernstig is, want het lijkt erfelijk te zijn! Ze steken hier werkelijk geen vinger uit als het niet hoeft. Alles wordt vanuit de auto geregeld en gedaan, waarom zou je uitstappen? Ze rijden bijvoorbeeld naar een winkel en beginnen voor de deur te toeteren. Als er niet binnen enkele seconden iemand naar buiten komt raken ze al geïrriteerd en toeteren nogmaals. Als de eigenaar van de winkel dan naar buiten komt rennen om hun bestelling op te nemen, rolt het geblindeerd raampje van de bestuurder van de veel te dure en luxe auto een fractie omlaag (de airco staat aan en ze willen geen hitte binnen) en wordt de bestelling naar buiten gebruld. Vervolgens loopt de eigenaar weer naar binnen om alles te regelen en de bestuurder rolt het raampje weer dicht. Als de goederen binnen zijn wordt er een geldbriefje naar buiten gegooid en sjezen ze met piepende banden weer weg. Dit gebeurd ook zo bij benzinestations en restaurants. Zelfs de ziekenhuizen hebben hier vallet parking!

Over auto’s gesproken: alle auto’s zijn hier duur en luxe. De standaard uitvoering zoals wij die kennen is hier niet te krijgen, hier betekend standaard: full-option. Zo spraken wij iemand die bezig was een Range Rover te kopen. De lichtste motor beschikbaar was een V8! (Voor de vrouwen onder ons, dat betekend dus de Gucci of Prada onder de motoren, geen Hema merk!). Hetzelfde geldt voor de speedboten en jetski’s, je bent een sissy als er maar 300pk achter hangt. Een beetje vent begint bij een aankoop vanaf 600pk.
Over auto’s en water gesproken: het is hier verplicht (en overigens in alle Arabische landen) om je auto schoon te hebben. Je kan hier dus een boete krijgen als je auto niet gepoetst is. Dit vonden wij helemaal absurd. Wat een wet om in een woestijn te handhaven! Bij elk zuchtje wind zit je auto alweer volledig onder het stof. Hier worden mensen door de bedrijven ingehuurd die elke dag alle auto’s wassen van de medewerkers. Over waterverspilling gesproken! Op elke hoek is dus ook een carwash te vinden en dat is werkelijk lopende band werk en allemaal handmatig.


Sharjah:
De twee dagen dat de auto vast zat in de haven, kregen wij haven pasjes zodat wij in elk geval Sharjah in konden om deze te bezichtigen en om eten te kopen. Sharjah is de strengste emiraat. Hier zijn onder andere alcohol en de waterpijp verboden. Hebben wij weer! Het was een leuk klein stadje om te bezichtigen maar verder niet zo heel erg bijzonder. De eerste dag in Sharjah, waren wij terecht gekomen in een zandstorm. Je kan de woestijn uit de stad proberen te halen, maar helaas niet de stad uit de woestijn. De hele dag liepen wij knarsetanden en met geknepen ogen door de stad. In eerste instantie gingen wij op zoek naar een verzekeringsmaatschappij om de verplichte autoverzekering te regelen. Deze hebben wij niet gevonden en wij hebben geduurde ons hele verblijf in de VAE (plus minus 4 weken) zonder verzekering rondgereden. Wel een beetje spannend in een land met zulke dure auto’s waar ze als idioten mee rijden, maar wij konden het gewoon echt niet vinden en hebben dus het risico maar genomen. Trouwens alle auto’s kosten hier de helft van dat in Nederland omdat ze geen belasting of BPM hoeven te betalen. Dat gezegd; de Lamborgini’s die hier rijden kosten misschien toch nog wel een half miljoen of zo…

Eindelijk mocht ik mijn hoofddoek af, wat een verademing! Het enige probleem was dat ik er inmiddels zo aan gewend was dat ik de eerste dag moeite had om hem af te doen. Overigens waren wij ook nog eens aangekomen in de strengste moslim emiraat en wist ik niet wat wijsheid was. Het heeft een halve dag geduurd. Toen ik ’s middags een vrouw langs zag lopen in een korte rok, blote armen en los wapperende haren hakte ik de knoop door. Weg met dat ding! Ik heb hem gelijk afgedaan, opgeborgen en niet meer naar omgekeken.


Dubai:
Toen wij eindelijk het land in mochten met de auto, zijn wij regelrecht naar Dubai gereden. Wij hebben daar een prachtig plekje aan het strand gevonden om te verblijven (Jumeirah open beach, N25º13.670, E055º15.488). Hier konden wij gebruik maken van een douche op het strand en er waren toiletten en een klein winkeltje. Als ik in Sharjah nog twijfelde over mijn hoofddoek, waren al mijn twijfels hier in een klap weggeveegd. De hele tijd dat wij er waren hebben wij de toeristen in hun string bikini’s over de boulevard zien lopen. Duidelijk ‘fly-in’ toeristen, zoals wij ze noemde, met totaal geen benul in wat voor een soort land ze terecht waren gekomen. Dubai ziet er westers uit, maar het is wel degelijk een moslimland. Een beetje bescheidenheid mag wel getoond worden. Zo zaten er dus ook de hele dag Arabieren op een muurtje aan de rand van het strand, naar de vrouwelijke toeristen te kijken die daar lagen te zonnen. Tevens liepen er over hetzelfde strand ook de boerka’s. Wat een contrast! Ik heb mezelf maar een beetje conservatief opgesteld en niet aan de bikini mode meegedaan. Echt warm weer was het op dat moment toch niet. Zoals je leest, hebben wij vanaf ons plekje op het strand heerlijk mensen kunnen kijken.

Wij wilde een paar dagen in Dubai doorbrengen om te kijken of wij een mogelijkheid konden vinden om met de auto naar India te varen. Wij waren namelijk behoorlijk aan het twijfelen over onze veiligheid in Pakistan en wilde liever met de boot naar Bombay varen. Hier zijn wij drie dagen mee bezig geweest en uiteindelijk bleek dat er toch echt geen passagiers schepen naar India varen. Wel is het mogelijk om je auto in een container te zetten en met een vrachtschip mee te laten gaan, maar dit zou twee weken duren en dat zagen wij niet zitten. Dan zouden wij zelf naar Bombay moeten vliegen en twee weken in een hotel verblijven. Overigens hadden wij slechte verhalen gehoord over containerschepen naar Bombay en van auto’s die niet meer terecht kwamen. Overigens hadden wij net in Bandar Abbas die container, voor onze neus, van de vrachtwagen zien vallen! Geen optie dus. Op dat moment namen wij de beslissing om toch via Iran door Pakistan naar India te rijden.

Op het strand in Dubai kwamen wij nog twee Duitse koppels tegen die overland via Saudi Arabie waren gekomen. Zij hadden op de een of andere manier een visa voor 3 dagen weten te bemachtigen en zijn vanaf Jordanië door Saudie Arabie gecrost om in de VAE aan te komen. Later hoorde wij van een ander Duits koppel dat het alweer niet meer mogelijk was om een visa voor Saudi Arabie te krijgen. Het land houdt zijn grenzen pot-dicht!
Wij hebben gezellig met hun gekletst, maar zij waren samen op reis en waren dus ook samen de hele dag op pad. Zelf hebben wij nog wat van de stad bezocht zoals Burj al Arab, Burj Dubai en de Emerates Mall. Eindelijk weer supermarkten met alles wat jij je maar kan bedenken! Van sushi tot beefstuk; wij hebben in de Carrefour volledig uitgepakt. De Emerates Mall is de bekende mall waar de indoor skihal te vinden is (die van landgraaf heeft een langere afdaling, by the way!). Ook zit er in de mall een attractiepark, fairplay center en cinema. Wij zijn om 11 uur ’s ochtends daar binnen gelopen met het idee om even naar de Carrefour te gaan en kwamen 's avonds pas om 12 uur (omdat het toen dicht ging) weer naar buiten (!) en nog hadden wij niet alles gezien. Het was toch stiekem wel even genieten van al die westerse luxe. Twee armen en twee benen lichter kwamen wij naar buiten en dan heb ik het over ons geld want ze wogen eigenlijk een ton van alle tassen!

Na vijf nachten op het strand was het dan eindelijk tijd om richting Muscat te gaan. Mijn moeder zou een paar dagen later in Muscat arriveren en wij moesten de auto hiervoor wat anders indelen en aanpassen. Verder wilde wij ook een paar dagen uitrusten want dat was er sinds Aqaba (Jordanië) niet meer van gekomen en zoals ik al eerder schreef, je moet vakanties plannen tijdens de reis om bij te komen. In Muscat woont een achter-neef van mij, die met een Omaanse vrouw getrouwt is en hij had ons uitgenodigd om bij hun te logeren tijdens ons verblijf in Muscat. Dat in het vooruitzicht was genoeg reden om die kant op te haasten. Helaas zou Roderik, mijn neef, er niet zijn, maar zijn vrouw, Hassina wel.

De tocht van Dubai naar de Omaanse grens is erg mooi omdat je regelrecht door de woestijn rijdt. Eerst zijn de duinen nog zand kleurig, maar na Al Haba veranderd de kleur van het zand naar rood. Erg mooi! Wij waren pas om 15 uur uit Dubai vertrokken omdat wij eerst nog onze motorolie hebben laten verversen. Het was ook ruim tijd ervoor omdat wij al 20.000 km hadden gereden met deze olie. Het verversen kost maar 2 euro en ze doen het bij bijna elk tankstation. Echt een ideaal systeem. Wij wilde perse 10W 40 olie en deze is in de VAE te krijgen, daarom hadden wij tot hier ermee gewacht. Samen met het verversen van de olie krijg je ook nog eens een kleine beurt gratis. Helemaal gechecked en verschoond gingen wij op pad naar Oman.

De grensovergang:
Wij hadden gekozen voor de grens overgang bij Hatta. Op de kaart staat dat je van VAE naar Oman gaat, dan terug door de VAE en dan weer Oman in rijdt. Dit omdat er nog een pukkel Oman in de VAE steekt. Wij waren erg benieuwd hoe dit zou gaan en hoopte niet dat wij dus 4 keer de grens over zouden moeten. Zoals gedacht was dit inderdaad niet het geval en krijg je van Oman toestemming om het eerste gedeelte met je VAE visum door Oman te mogen rijden. De echt grensovergang is dus pas na Hatta.
Vliere-vluitend gingen wij door de grensovergang. Echt te makkelijk. In de VAE had men nog nooit gehoord van een carnet de passage. Ik moest dus uitleggen hoe de procedure ging, wat ingevuld moest worden en waar de stempel moest worden gezet. Zo gehoorzaam als een klein kind, deed de hoofd van de politie wat ik hem opdroeg. Hij keek niet eens in de auto of naar het chassis nummer (wat gebruikelijk is) en vroeg alleen of wij zware ammunitie bij ons hadden. "Nee, niet dat wij weten". "Nou, prima dan, rij maar door"! De uitstempel was binnen enkele seconden gezet en wij waren op weg naar Oman.

Eenmaal aan de Omaanse kant aangekomen was er direct een verzekeringskantoortje langs de weg. Hier konden wij probleemloos de verplichte verzekering afsluiten (hij gaf ons zelfs 20 euro wisselgeld in plaats van 10). Ons geluk kon niet op. Wat een eitje. Niet eens echt een grensovergang te noemen.
Wij hadden in Ankara al het visum voor Oman gehaald en het carnet is in Oman niet nodig, dus was het nog maar een kwestie van een ingangsstempeltje op onze visum en klaar.

Dat had je gedacht!

Dat ene makkelijke stempeltje koste ons 2 uur om te krijgen! Het was namelijk (volgens de douanier) onmogelijk dat wij van Nederland naar Oman waren gereden. Dat kon gewoon niet. Zelfs toen hij onze andere visums zag, de carnet had gezien en wij de kaart van de wereld onder zijn neus hadden gedrukt, was hij niet van zijn standpunt te krijgen. Hij vroeg ons waar wij de auto hadden gestolen en hoe wij aan de Nederlandse nummerborden waren gekomen. Hij vertrouwde er niks van. Uit wanhoop, frustratie en protest zijn wij maar in de auto gaan zitten, midden op de grens. Je zoekt het maar uit, zeiden wij tegen hem, bel maar wie je bellen wil, maar regel dat wij de grens over kunnen. Meneer besloot dus maar met het hoofdkantoor te bellen, want ons op de grens laten zitten kon ook niet. Na wat heen en weer gebel en gedoe wilde hij nog even in de auto kijken. Hij stond erop om onze carnet te stempelen. Dit vonden wij prima, als het betekende dat wij door mochten rijden. Eindelijk, na veel discussie, mochten wij verder rijden naar de paspoort controle. Op het punt aangekomen waar wij alleen nog een ingangsstempeltje moesten halen werd het weer een probleem. Men herkende het visum van Ankara niet en ook hier moest er druk gediscussieerd worden met de hoofdofficier. Je kan namelijk je visum gewoon op de grens krijgen dus begrepen ze niet waarom wij die al hadden. Twee uur later reden wij gestempeld en wel, met barstende koppijn Oman in. Geen goede eerst indruk dus!


Oman:
Op 7 februari gingen wij de grens over naar Oman.
Inmiddels was het donker geworden en de tocht van de grens naar Muscat was nog zo’n 3 tot 4 uur rijden. Van dit hele gebied hebben wij dus niks gezien, maar omdat het huis van Hassina en Roderik voor ons lag was het voor ons toch nog de moeite waard om door te rijden, ondanks onze vermoeidheid. Om 22.30 kwamen wij aan bij het tankstation waar wij Hassina zouden treffen om vanuit daar achter haar aan de laatste paar kilometer naar haar huis te rijden. Wat een heerlijkheid om aan te komen in hun prachtige villa! Het was het absoluut waard geweest om door te rijden.
Wij hebben nog wat gedronken, maar konden toen onze ogen niet meer open houden van vermoeidheid en zijn lekker ons bedje ingedoken.

De dagen die nog over waren tot mijn moeder zou arriveren (3) hebben wij relaxend doorgebracht. Wij hebben de auto van binnen en buiten helemaal gepoetst en opnieuw ingedeeld en onze kleren en beddengoed kunnen wassen. Verder hebben wij lekker gelezen, genoten van de bediening (ja, ze hebben hier een huishulp!) en zijn wij ’s avonds met Hassina op pad gegaan om wat van Muscat te zien en uit eten te gaan.
Wij moesten erg wennen aan de Omaanse tijden. ’s Middags wordt hier om een uur of twee warm gegeten, waarna iedereen naar bed gaat voor de siesta. ’s Avonds eten ze om acht uur nog iets kleins zoals een koekje bij de thee, gaan om 23 uur weer uitgebreid eten en gaan pas in de vroege uurtjes naar bed. Aan de siesta deden wij niet want het was juist rond die tijd dat wij energie voor tien hadden en goed aan de auto konden werken, met het resultaat dat wij om acht uur barste van de honger. Hassina nam ons dan rond elf uur uit eten, maar dan waren wij al zo moe, dat wij bijna knikke-bollend aan tafel zaten, terwijl zij op dat moment haar –energie voor tien- (ze had immers wel siesta gehad) moment had. Onze tijdklokjes liepen helaas niet synchroon.
Dit was ook, tijdens onze reis door Oman elke keer het probleem. Alles gaat hier namelijk tussen 1 en 4 uur ’s middags dicht, maar dan waren wij altijd volop met de reis bezig. Dat was elke keer juist de tijd dat wij dingen wilde ondernemen, maar dan was het land compleet uitgestorven en kon je nergens iets krijgen. Voor acht uur ’s avonds kan je nergens terecht om te eten, met als resultaat dat wij ervoor kozen om zelf te koken zodat wij dan in elk geval al rond 7 a 8 uur konden eten en nog iets aan onze avond hadden. Opvallend was de reklame in Oman voor cup-a-soup. Bij ons word deze om 16 uur aangeraden, hier is dat 20 uur.

Zondag 10 februari, om 21 uur ’s avonds arriveerde mijn moeder in Muscat.